Over moeilijk gedrag, onderzoeken en diagnoses binnen ons gezin.

zaterdag 26 mei 2012

75% wol en goed nieuws

"Welk dier bestaat uit 75% wol?"
Serieus kijk ik de kinderen aan tafel aan. Er wordt even diep nagedacht in een heuse stilte.
Dan roept Thera: "schaap". En ja hoor. Als er een schaap over de dam is... Ook Jesse vindt schaap en Stijn roept het ook. Arm joch. Weet natuurlijk nog helemaal niet wat procenten zijn, bedenk ik op eens. De rest weet in elk geval waar ze 'schaap' op roepen! Andere dochter noemt voor de verscheidenheid een kameel...
"Oké, zeg ik, bij deze is voor jullie allemaal je diagnose autisme opgeheven.

Vanochtend hadden we een koffieochtend met ouders van school. Deze grap vroeg een ouder ons, met de mededeling dat hij van haar autizoon kwam. En we vonden het echt een autimop, want je moet het heel letterlijk nemen. "Zo, zegt één van de ouders, die ga ik thuis vertellen. Kijken wie er echt autisme heeft!"

"Nee, het is geen schaap". Vragend kijken de kinderen me aan.
"Wolf".
Even is het stil. Oooohhh, roept Thera. En dan begint ze hard te lachen.
Ik leg het Stijn even uit. Maar hij blijft kijken als een wolf met wol.

's Avonds vraag ik hetzelfde aan Joost. En direct spuit het antwoord er uit:"Wolf".
Gelukkig, hem kan ik uitroepen tot echte man met autisme. Volgens vriendin dan...

De post bracht vandaag blij nieuws: PGB voor Stijn goed gekeurd! We krijgen begeleiding groep voor twee dagdelen per week. Een dag dus, of een weekend per maand.
Arm joch. Hij mopperde al dat hij zoveel op Boddert zit. Dus voorlopig nog even rustig aan. Maar denk er om dat we het gaan gebruiken!

zaterdag 19 mei 2012

Zoek de mop

Het gaat al een klein beetje beter tussen de jongens. Ik zeg het voorzichtig, want ja, je weet nooit, maar toch.
Deze week hebben ze drie keer een half uurtje samen op zolder gespeeld. Ik loop dan mee naar boven en de jongens overleggen wat ze gaan doen. Ze hebben dan nog veel sturing nodig. Maar daarna gaat het toch wel een poosje goed. Ik kan zelfs even verdwijnen!!

Wacht, ik zal eens even gaan kijken hoe het boven is. Het is al zo'n poos stil.
Netjes klop ik op de deur, wacht op een antwoord en duw de klink naar beneden. Ik loop de kamer in en overzie in één blik de situatie:
Stijn staat nonchalant met zijn rug tegen de muur geleund, zijn blik gericht op Jesse.
Jesse zit midden in de kamer op de grond, te vissen in de prullenbak. Al bijna alles ligt er naast en hij haalt er nog steeds allerlei troep uit.
"Wat zoek jij, Jesse?" vraag ik toch enigzins verbaasd. (Hoewel ik veel gewend ben...)
"Ik zoek een mop", antwoord Jesse me. En hij is heel serieus...
Ik kijk naar Stijn. Zijn blik is kil en hard, tegelijk spottend en meewarig. Kleinerend ook. Zo kijkt hij dus naar Jesse. Als dé domme broer, die alles pikt.
Stijn ziet mijn blik en begint spottend te lachen.
"Ha, ha, hij zoekt een mop! Ik vroeg of hij een mop kon vertellen en hij zei dat hij er geen één wist. Toen zei ik dat hij er één moest gaan zoeken en hij zei 'waar' dus toen vertelde ik 'in de prullenbak'.
Ratel, ratel, snel vertelt Stijn me dit en hij weet drommels goed dat hij fout zat.
Ik leg Jesse uit dat een hij mop in zijn hoofd, in zijn gedachten moet zoeken en dan die mop moet vertellen.
"Vertel er maar een aan Stijn. Weet je nog, die van gisteren uit het huiswerk?" moedig ik Jesse aan.
"O ja! Wat is het verschil tussen een wasmachine en een nietmachine?" Zonder na te denken ratelt Jesse het op.
Stijn denkt diep na. Ik zie frustratie. Tjonge, gisteren wist ik hem nog!
"Eh, aarzelt hij, een wasmachine eh...eh...eh... draait en een nietmachine niet."
"Bijna goed!" Pfu, wat ben ik complimenteus.
Jesse verbetert het nog even.
"Een wasmachine wast en een nietmachine niet."
Ik kijk mijn boys aan. Kijkt Stijn nu echt een beetje beteutert?
En waarom heb ik nu een beetje schik?

maandag 14 mei 2012

Mens, erger je niet!

Zondagmiddag. Moederdag. Dus mama is in ruste...Boek op bank en lezen maar. Het gaat aardig. De kinderen lezen ook, de twee oudsten tenminste. Alleen Stijn loopt wat te dralen. Net heb ik hem al voorgelezen, een heel boek uit. Maar nog steeds is hij erg van ons afhankelijk als het gaat om spelkeuze. Iets alleen doen is bij hem not done. Jesse is in het logeerhuis dit weekend, dus we hebben geen last van groot geclaim aan mij of van ruzie en angst tussen de broertjes onderling. Maar ja, als je dan echt niemand hebt om te plagen of om de baas over te spelen wordt het voor Stijn wel wat lastig.
Uiteindelijk hak ik de knoop door. Ik leg mijn boek weg, eventjes! en vertel hem dat hij een spel moet gaan halen. Blij rent Stijn naar de spelletjeskast.
"Joost, zorg dat je zometeen aan tafel zit? Je gaat een spelletje doen met Stijn, want nu is het jouw beurt. Per slot van rekening is het moederdag." Verbaasd kijkt Joost me aan, maar geeft me gelijk. Hij staat op en jawel, even later zitten de mannen klaar voor...mens erger je niet.

O, oh! dat is nog nooit goed gegaan.
Ik neem me voor me er niet mee te bemoeien na een laatste tip.
"Regelen jullie vooraf even de spelregels oke!
Of je af mag slaan.
Of je bij het opzetten zes moet gooien.
Of je na zes gooien nog een keer mag."
De kerels besluiten zich aan al de juiste regels te houden. En het gaat goed! Vijf minuten.
In die tijd gooit Stijn een keer of acht '6'. Hoe doet-ie dat toch! En hij slaat Joost minstens vijf keer af.
Maar dan gaat het mis! Joost slaat hem af. Eén keertje maar. Boosheid welt in Stijn op maar hij houdt zich goed,. Verbeten gooit hij nog eens. En weer. Maar dan ziet hij tot zijn grote woede dat Joost hem weer af kan slaan!
"NEEEE!!!!"
Plotseling is het weg. De rust. De stilte. De fijne sfeer.
Nu is de sfeer boosachtig en droefgeestig. Stijn zit hard te huilen en scheldt paps voor alles uit wat lelijk en zwart is. Hóe durft hij! Hoe kan hij dát nou doen! Hem voor de tweede keer afslaan, terwijl....
Totaal niet in de gaten hebbend dat het eerlijk=eerlijk is. Hoe vaak is Joost wel niet afgegooit?? Tot groot plezier van Stijn?
Toch, heel knap, gaat Stijn verbeten door. En hij wint! Komt hij me dat nu trots vertellen? Wel nee! Hij zit nog helemaal in zijn boosheid en zijn verloren kansen. Dat hij gewonnen heeft maakt niets meer goed. Het spel wordt opgeruimd door Joost. want Stijn is al naar boven gestampt. Zit al op zijn kamer. Zijn verliesjes uit te huilen.
Hoe doen ze dat toch op Boddaert? Ik weet dat hij wekelijks met de juf dit spel speelt. En zij mag afgooien. En hij wordt niet boos. Tenminste, hij uit het niet. Toch eens vragen wanneer hij zich daar gaat thuis voelen. En er op los gaat knallen als de juf zich aan de regels houdt!

woensdag 9 mei 2012

Stijn zonder vinger?

Met dat eerst de één en een dagje later ook de twee meisjes thuis komen, sta ik weer met beide benen op de grond. Helemaal. Een afknapper eerste klas, eerlijk gezegd. Tuurlijk, ik ben erg blij dat weer thuis zijn allemaal, maar het is ook een beetje dubbel. Ze hadden best een week op kamp gemogen hoor!
Ineens ben ik weer helemaal moeder. Ik luister minstens een uur naar alle verhalen van het kamp. Eerst direct, maar de verhalen druppelen nog tot nu door. Stijn is opeens weer volledig aanwezig. Zo lief en rustig als hij was, alleen met mama, zo druk en boos is hij nu. Jesse claimt me direct weer helemaal. Zijn angst voor broer is nog lang niet weg, het gaat zelfs niet beter, alle hulpverlening ten spijt.
Zondag werkte Joost, ook al zoiets: iedereen thuis en ik alleen. Ja, nu moet ik oppassen, want nu ga ik een beetje zielig zitten doen. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Gelijk maar even vertellen dat Joost doordeweeks meer vrij is. Ook al zitten de kinderen dan meestal op school!

Zondag komt Stijn aanlopen met een doosje.
"Wat is dit en mag ik het?" De verzamlaar bij uitstek.
"Het is verf voor pergamanokaarten en nee, je mag het niet".
Uiteraard vindt hij het stanleymesje het meest interessant. Ik waarschuw hem: niet aankomen, het is loeischerp. En dat deed hij. Voor even.
Geduldig wacht hij op het goede moment. Hij weet kennelijk mijn drukste tijden...
Maandagmorgen komt-ie beneden. Vinger omhoog. Ik zie het al: stevig in de vinger gesneden. Hoe dat komt? Hij kijkt behoorlijk betrapt in elk geval! En al snel raad ik het: het stanleymesje. Nooit meer aan gedacht! Bloed zie ik niet zo veel maar de jaap is erg fors. En aan twee kanten. Dat betekent dat je het zo kunt openen, aan één puntje blijft het stukje vinger dan nog hangen. Brr, griezels!
"Nou-ou, dat kan wel eens gehecht moeten worden, jongeman."
Met dat ik het zegt trekt het bloed uit zijn gezicht en neemt een stevige wending naar zijn vinger. Opeens gulpt het aan alle kanten naar beneden.
"Helpppp! schreeuwt Stijn. Ik bibber helemaal en o! Ik zie niets meer!!
Direct til ik hem op en leg hem, met vinger, bloed en al op de bank. Gelukkig. Hij blijft bij bewustzijn. Daar viel-ie toch bijna van z'n stokkie!
Uiteindelijk  halverwege de ochtend gaat Stijn weer naar school. Met een extra grote, in verband gepakte vinger. We hoefden niet naar de huiarts, want die kan er niets aan doen.We kunnen alleen maar hopen dat het stukje aangroeit. Anders heeft-ie later een extra smalle wijsvinger...

Zo móe word ik van zulke dingen. Je bent direct alert en alle dingen die geregeld moeten worden gaan door je hoofd: hoe krijg ik de anderen op school? Stel dat ik naar de dokter moet, hoe ga ik dat doen, zonder auto? Hoe dit, hoe dat? En o ja, ik moest ook nog om 10 uur bij de tandarts zijn. Moet ik die afbellen. En o, school mailen dat-ie later komt of helemaal niet. Pffuu... Toen alles weer in orde was: kinderen op school, tandarts voorbij, kon je mij vloeren. En dat op de eerste maandagochtend na de vakantie.
Welkom terug in kinderland!

donderdag 3 mei 2012

Mei(ijn) vakantie

Al een aantal dagen heerst hier diepe rust. Wat geniet ik er van.
Jesse is voor drie dagen naar de boerderij. Onze twee meisjes zijn met de kerkelijke jeugdclub op kamp en Joost werkt gewoon. Dus..heb ik alleen Stijn nog hier. En ja, als je Stijn alleen hebt, is hij best wel lief. En ik kan op hem inspelen zoveel ik maar wil: tot mijn eigen grens bereikt is en niet verder. Maar ik hoef geen rekening te houden met de andere kinderen. Het is nu even een stuk makkelijker. Vooral omdat Stijn meestal buiten speelt.
Tot morgen is het hier stil, bijna stil. Daarna is het over. En sluit ik, hopelijk, onze kinderen weer liefdevol in de armen. Dat ook wel weer. Maar nu geniet ik nog even: geen ruzie, geen driftbuien, geen kabaal en getetter. Heerlijk. Laat de dag nog maar even lang duren! Deze vakantie is het mijn beurt: echt eens vakantie voor mama. En voor de kinderen ook! Nu papa nog!